De verschillende soorten Dobermanns wereldwijd – wat DNA onthult over diversiteit en gezondheid

De dobermann is een krachtig en geliefd ras, bekend om zijn intelligentie, loyaliteit en uitstraling. Toch is er wereldwijd veel variatie binnen het ras. Amerikaanse dobermanns zien er vaak anders uit dan Europese. Sommige lijnen zijn gericht op sport en werk, andere juist op show of gezelschap. Maar wat betekent dit voor de genetische gezondheid van het ras?

Een grootschalig genetisch onderzoek van meer dan 3.000 dobermanns wereldwijd geeft verrassende inzichten. In deze blog lees je wat het onderzoek ontdekte over verschillen tussen lijnen, de staat van genetische diversiteit in het ras en wat dit betekent voor de toekomst van de dobermann.

Vier soorten dobermanns

De onderzoekers verdeelden de onderzochte dobermanns in vier groepen:

  1. Europese showlijnen
  2. Amerikaanse showlijnen
  3. Europese werklijnen
  4. Amerikaanse huishonden (zonder stamboom)

Elke groep had unieke genetische kenmerken, afhankelijk van waar en waarvoor ze gefokt zijn. Europese werklijnen bleken genetisch behoorlijk verschillend van Amerikaanse showlijnen. Toch delen alle groepen ook een belangrijk probleem: te weinig genetische variatie op een aantal cruciale plekken in het DNA.

Wat gaat er mis?

Het onderzoek laat zien dat er bij álle dobermanns wereldwijd een zorgwekkend gebrek is aan genetische diversiteit. Gemiddeld zijn dobermanns voor 40% genetisch identiek aan zichzelf (dit wordt “homozygotie” genoemd). Dat is extreem hoog en vergelijkbaar met het nageslacht van meerdere generaties broer-zus-paringen.

Bovendien zijn er meerdere stukken DNA – zogenaamde “vastgelopen regio’s” – waar vrijwel geen enkele dobermann nog variatie heeft. In die regio’s bevinden zich genen die mogelijk te maken hebben met hartziekte (zoals DCM) en bepaalde vormen van kanker. Dit zou kunnen verklaren waarom het ras zo vaak te maken heeft met deze ernstige aandoeningen.

Levensverwachting: nog geen 10 jaar

De gemiddelde levensverwachting van de dobermann volgens het onderzoek is 9,1 jaar. De belangrijkste doodsoorzaken zijn:

  • Hartziekten (vooral DCM): 28%
  • Kanker: 14%

De relatief jonge sterfteleeftijd en deze veelvoorkomende aandoeningen laten zien dat gezondheid een serieus probleem is in het ras.

Is er hoop? Ja – als we genetisch durven denken

Er is goed nieuws: de onderzoekers ontdekten dat dobermanns die afstammen van kruisingen tussen Europese en Amerikaanse lijnen een veel lagere mate van homozygotie hadden – soms slechts 15%. Dat betekent dat deze honden genetisch veel diverser zijn.

Met andere woorden: zelfs zonder een officiële outcross naar een ander ras, kan bewust kruisen tussen verschillende lijnen binnen het ras al helpen om genetische variatie terug te brengen.

Maar daarbij is één belangrijke kanttekening: de genetische winst van zo’n kruising is het grootst in de eerste generatie (de F1). Zodra je daarna terugfokt op een specifieke lijn of type, neemt de genetische diversiteit alweer af. Wie structureel diverser wil fokken, moet dus blijven variëren tussen lijnen en actief sturen op genetische spreiding. Zonder planmatige aanpak is de winst van een enkele kruising binnen twee tot drie generaties weer verdwenen.

Wat kunnen fokkers doen?

De studie geeft ook concrete adviezen voor fokkers die willen bijdragen aan een gezondere toekomst voor de dobermann:

  1. Gebruik DNA-tests om combinaties te kiezen met een lage verwantschap en voldoende genetische variatie.
  2. Vermijd het ‘popular sire’-effect, waarbij één succesvolle reu te vaak wordt ingezet. Dit verkleint de genenpoel.
  3. Overweeg internationale kruisingen, vooral tussen Amerikaanse (show) en Europese lijnen, om variatie terug te brengen.
  4. Let op genetische “vastlopers”, de regio’s waar alle honden hetzelfde DNA hebben. Door bewuste keuzes kun je hier langzaam weer diversiteit opbouwen.

Conclusie: samen naar een gezondere dobermann

De verschillen tussen werk- en showlijnen of Amerikaanse en Europese dobermanns zijn interessant, maar uiteindelijk staan we allemaal voor dezelfde uitdaging: de genetische gezondheid van het ras verbeteren. Dat kunnen we niet oplossen door verder te splitsen, maar juist door samen te werken – met verstand, wetenschap en liefde voor de hond.

Elke dobermann verdient een lang en gezond leven. En daarvoor is genetische variatie geen luxe, maar een noodzaak.

Bron:

Wade, C. M., Nuttall, R., & Liu, S. (2023). Comprehensive analysis of geographic and breed-purpose influences on genetic diversity and inherited disease risk in the Doberman dog breed. Canine Medicine and Genetics, 10(1). Link naar publicatie

Vergelijkbare berichten